Al sinds zijn kindertijd streeft William Boeva de perfectie na. Die perfectie, die naar eigen zeggen mede aan de basis ligt van het feit dat hij met dwanggedachten kampt, is een gevolg van zijn fysieke beperking meent de komiek.
“Het is me ondertussen vrij duidelijk waar dat vandaan komt”, zegt hij in Humo. “Zowel aan het begin als aan het einde van de lagere school heb ik een IQ-test moeten afleggen. Ook al was ik afgestudeerd met 92 procent, want: ‘We zijn toch niet helemaal zeker of William het aso wel aankan.’ Zoiets draag je mee. Je wéét dat je de enige in de klas bent die zo’n test moet doen, en je weet ook waarom. Zelfs al zag ik mezelf op die leeftijd nog niet als ‘anders’: de school heeft het me wel ingepeperd”, legt William uit.
“Uiteraard denk je dan, met dat oefenblaadje voor je neus: dit moet perfect zijn, William. Want als jij geen perfecte taak aflevert, zal het nooit goed genoeg zijn. Dat gevoel heb ik nooit meer kunnen afschudden. Een persoon met een beperking kan het zich niet permitteren om even goed te zijn als de anderen: je moet béter zijn”, is zijn vaste overtuiging.